Moederdagvoorpret

 


 

We schrijven een 14-tal dagen voor Moederdag. De zoon en ik lopen door het stadscentrum op zoek naar shorts en T-shirts die we de komende dagen/weken nog niet nodig zullen hebben als we de weerman mogen geloven. Het terugdenken aan het overwegend koude weer van de afgelopen eerste lenteweken, maakt me lichtjes mistroostig. Maar we gaan toch maar, “dan hebben we nog veel keuze.” De zoon vindt het prima. 

Door de reclameborden hier en daar die elke voorbijganger aan Moederdag doen herinneren, komt dat onderwerp al snel ter sprake. “Mama, ik ben iets aan het maken voor jou, voor Moederdag!” Hij gniffelt en heeft binnenpretjes. “Het is echt heel chic, je gaat het supermooi vinden!” Zijn enthousiasme laait op en ik weet dat ik mijn nieuwsgierigheid moet verbergen en hem zal moeten temperen, anders floept hij er sowieso uit wat het is. Dus ik zeg: “Oh, wauw, nu ben ik heel curieus! Maar dat is nog een geheimpje, zeker?”

De rest van het gesprek loopt als volgt:

Hij: “Ja, ik mag nog niks vertellen.” (Lacht geheimzinnig.) 

Ik: “Spannend, ik kijk al uit naar Moederdag.”

Korte stilte. 

Hij (in één adem): “Ok! Ok! Ik kan al één ding verklappen! Het zijn twee cadeautjes. Het ene is iets voor een versje. (Verder onbelangrijk voor de zoon, want lezen en schrijven zijn niet zijn favoriete bezigheden). Maar het andere is een bloempotje dat we zelf mochten versieren! En raad eens wat ik erop tekende?” (Schatert nu heel hard.)

Ik hoop uit de grond van mijn hart dat het geen piemels zijn, maar acht de kans groot als ik mag afgaan op het intense plezier dat hij heeft. 

Ik: “Zou je dat geen verrassing houden?” 

Hij (met grote, fonkelende ogen): “Het is iets wat jij graag hebt!” (Ligt in een deuk.) 

Ik hoop nog meer dat het geen piemels zijn, maar stel me tegelijkertijd de vraag of hij de link legt dat ik piemels graag zou hebben. Voor hem zijn piemels (en konten en borsten) vooral gewoon grappig. Hoewel dat ik nu, zeker door zijn uitbundig enthousiasme, graag wil weten of hij het min of meer deftig gehouden heeft in de klas, antwoord ik: “Allee, ik ben heel benieuwd, maar hou het nog maar even geheim, hè?”

Hij (zonder aarzelen): “IK TEKENDE HET TEKEN VAN NIKE EN VAN VANS.” (Lacht heel luid en slaat met de handen op zijn dijen.) “Dat heb jij toch graag, hè, mama?”

 

Ik moet zelf lachen, al weet ik niet goed waarmee. Het aanstekelijk gelach van de zoon zit er sowieso voor iets tussen. Ik zou gehoopt hebben dat hij ons gezin getekend had, of de hond, of de zon en de zee, bloemen en planten of taart en snoep. Maar hij koos merktekens. Ik zal ongetwijfeld een goed figuur slaan bij de juffrouw van de klas. Ik, de materialistisch ingestelde moeder die krampachtig enige jeugdigheid probeert uit te stralen door vast te houden aan populaire merken. Sneakerfreak ook. Zoiets. Slechts gedeeltelijk waar. (Het is aan jou om uit te maken welk deel.) Goeie bal, jongen! 

Maar ik zie de trots in zijn ogen. Want dit was waarschijnlijk het eerste waar hij aan dacht toen de juf aan de kinderen vertelde dat ze iets waarvan hun moeder houdt op de bloempot mochten tekenen. Schoenen dus, in het geval van zijn moeder. Geen twijfel over mogelijk, moet hij gedacht hebben, simpel als wat, die opdracht. En terwijl de rest van de klas aan de slag ging met bloemen en dieren, zat hij in zijn eigen wereldje en tekende hij merktekens, amper opkijkend naar hetgeen zijn buur fabriceerde om eventueel wat inspiratie op te doen. Fier op het feit dat hij daar aan dacht. Helemaal gefocust op zijn werk om hypernauwkeurig die letters in zijn mooiste handschrift neer te schrijven op het grillige, ietwat schuine vlak van de bloempot. Speciaal voor zijn mama. 

Hij zag er dan waarschijnlijk de grap wel van in toen ze hun potjes allemaal bij elkaar mochten zetten om te drogen en hij wel erg origineel uit de hoek gekomen was, zo tussen de tulpjes en de hartjes. Ik zie het hem zo denken, daar tussen zijn klasgenoten: “Oh, dát was de bedoeling.”

Ik lach hard met hem mee en trek hem eens dicht tegen me aan. 

 



Reacties

Populaire posts